“En ik kon het niet helpen dat ik me afvroeg waar het land was, waar we precies voor vochten. Heb ik dat ontdekt? Ah, dat is een goed punt. Het klinkt misschien vreemd, maar toen ik met de andere soldaten sprak, besefte ik dat we vochten voor onze jeugdherinneringen”.

-Andres Neuman, Reiziger van de Eeuw.

 

De werking van het volwassen geheugen

Het volwassen geheugen functioneert op basis van verwachtingspatronen, kennis, sociale en culturele factoren.

Dit betekent dat hoewel de ogen alles zien en het oor alles hoort, ons geheugen slechts een kleine selectie hiervan onthoudt. Terwijl de ogen alles zien, de oren alles horen, zijn de hersenen zo georganiseerd dat wat wij het geheugen noemen een samenhangend en zeer persoonlijk verhaal is;  een kleine selectie van geobserveerde feiten. Wat niet past in het verhaal hebben we niet gezien of gehoord, ook al werkt het zicht en het gehoor feilloos;  het overgrote deel daarvan blijft onbewust.

Herinneringen zijn gestructureerd als een samenhangend verhaal, het is de enige manier waarop het kan worden herinnerd. En daarom zijn we van alles wat we zien en horen (en voelen, ruiken en proeven) alleen  bewust van datgene wat we als samenhangend in ons verhaal kunnen plaatsen.

Bovendien passen we gedurende het hele leven eerdere herinneringen aan zodat ze in harmonie zijn met onze steeds veranderende visie op het leven.

Maar in de manier waarop een volwassene gebeurtenissen onthoudt, spelen ook patronen uit de kindertijd een grote rol.

 

De eerste herinneringen

Het jonge kind heeft geen verwachtingen,  geen sociaal en cultureel bewustzijn. Het kind heeft indrukken.
Het voor-gedachtelijke kenmerkt zich door een mengeling van verwondering, nieuwsgierigheid en vragen. (José Carlos Ruiz Sánchez, El arte de pensar)

De individuele structuur van deze voorgedachtelijke belevingswereld zal een speciale rol spelen in wat we in ons volwassen leven onbewust kiezen om in onze herinnerinen op te nemen of uit te sluiten.

 

De rol van herinneringen in therapie

Een groot deel van de therapie bestaat uit het vertellen van de herinneringen uit de kindertijd. Familie, vrienden, school; alles speelt een cruciale rol, het vormt een context waar omheen nieuwe indrukken worden geordend.

De therapeut zal zich ervan bewust moeten zijn dat hoe verder weg onze jeugd is, hoe meer de kinderherinneringen worden verteld in een aangepaste versie.

Objectieve kennis over de rol van de kindertijd zal alleen nuttig zijn voor de therapeut wanneer de patiënt zich de werkelijke situatie van de kindertijd herinnert. Dit is vaak moeilijker dan we denken, juist omdat de kinderherinneringen worden overschaduwd door de vele veranderingen en aanpassingen rondom ons geheugen.

De reden om hier dieper op in te gaan is niet – zoals vaak wordt gedacht – om Freudiaanse complexen aan de oppervlakte te brengen, maar om de structuur van de matrix die juist deze specifieke persoon rond zijn jeugdherinneringen heeft gecreëerd te begrijpen.

Dit kan een plotseling licht werpen op meer recente relaties waarin bijvoorbeeld een bepaald patroon zich lijkt te herhalen.

 

Een complex onderzoek

Om het geheugen van de patiënt tijdens een therapie te onderzoeken, heeft de therapeut verschillende niveaus van algemene kennis nodig:

– De biologie van het lichaam, in het bijzonder de verschillende functies van de organen.
– Uitgebreide kennis van de hersenen; functies en ontwikkeling van de hersenen.
– Inzicht in de invloed van andere organen op de hersenen.
– Inzicht in de invloed van stoffen, vooral drugs en stimulerende middelen, op de hersenen en vooral op het geheugen.
– Een oriëntatie te hebben in de verschillende theorieën over bewustzijn.
– Kennis van ontwikkelingspsychologie.
– De objectieve rol die sociale omstandigheden, onderwijs en het beroepsgebied kunnen spelen.
– De subjectieve rol die de sociale omstandigheden, onderwijs en het beroepsgebied kunnen spelen.
– De algemene theorieën over het geheugen en weten wat diverse aandoeningen betekenen voor het geheugen.
– Andere factoren uit de wetenschap die het geheugen beïnvloeden kennen..

Dit alles vormt de achtergrond van de therapie, lege artis. Als de therapeut al deze variabelen heeft nagegaan, begint hij met zijn echte werk…

 

Een aparte film

De film “Dolor y Gloria” (2019) van Pedro Almodóvar is een goed voorbeeld van hoe het onderzoek naar jeugdherinneringen een bevrijdende rol kan spelen, en de complexiteit van factoren zoals fysieke problemen, drugs en sociale aspecten.

Deze film deed me sterk denken aan de moeilijke processen die patiënten in therapie doorlopen en het illustreert dat, hoewel er veel elementen worden aangereikt door sociale, medische en psychologische wetenschappen, elke therapie een uniek avontuur is waarin intuïtie, toeval en artistieke aspecten ook een rol spelen waardoor therapie altijd een uniek en individueel avontuur is.

 

*Illustratie, kindertekening, Waldorf Spanish Teachers Association.