“Ken jezelf!” is de bekendste filosofische aansporing naar kennis, maar de vraag die daarop volgt “Wie ben ik?”is de moeilijkste filosofische vraag om te beantwoorden. In deze blog post zullen we de filosofische beschouwingen over het ik  even met rust laten. We gaan een praktische handleiding over het ik maken met slechts drie elementen. Ons ik moet kunnen waarnemen, kunnen onthouden, en verbonden zijn met ons lichaam. Het ik moet kunnen waarnemen om inhoud aan het ik te geven, zonder waarneming kan er geen ik gevoel ontstaan. Het ik moet kunnen onthouden, omdat als we de waargenomen beelden niet zouden opslaan en niet zouden kunnen reproduceren ons ik gevoel stil zou staan in de tijd, er zou geen verschil zijn tussen het nu en het verleden. Tenslotte moet het ik verbonden zijn met ons lichaam zodat de waarnemingen gekleurd worden door emoties en gevoelens die onverbrekelijk bij het ik-gevoel horen. Samenvattend kunnen we zeggen dat waarneming de kern van het ik vormt  en het onthouden en voelen die inhoud  in de loop der tijd tot een identiteit smeden. We kunnen vertellen wie we zijn doordat we met gevoelens gekleurde beelden uit het verleden en het heden samen voegen tot een overzichtelijk geheel.

Wat we waarnemen is afhankelijk van de waarnemer zelf. Dat is niet zomaar een loze bewering want men werd zich dit zelfs in de wetenschap pijnlijk bewust toen we gingen onderzoeken of licht nu uit deeltjes of golven bestond. Het bleek beide te zijn, afhankelijk van hoe ernaar gekeken werd.  De waarnemingen van ons ik  zijn ook afhankelijk van het standpunt van het ik. Met andere woorden, we hebben een waarnemingspunt in ons zelf dat bepaalt hoe we de dingen zien. Dit waarnemingspunt kan in de loop der tijd wel veranderen maar is in iedereen ook min of meer aan banden gelegd door het persoonlijke  verleden. Het ontstaat in de vroege kindertijd en vervolgens zal elke gebeurtenis van invloed op de ik-ontwikkeling zijn. De beelden die we in de kindertijd verinnerlijkt hebben laten ons nooit helemaal los. Daarom is het moeilijk is om iets op een andere manier waar te nemen dan op de wijze waarop we dat van vroeger gewend zijn. Daarom hebben we ook vaak het gevoel dat we bij onszelf te rade kunnen gaan. Oudere identiteiten overleggen dan met nieuwere ik-gevoelens.

Toch kennen we allemaal die vreemde ervaring dat we ons ik plotseling zien veranderen, “Ik ben mezelf niet meer” zeggen we dan of zelfs “Ik ben een ander geworden”. Indringende gebeurtenissen als verliefdheden, een spectaculaire reis, een groot verlies, of een ernstige ziekte kunnen  je het gevoel geven jezelf kwijt te zijn.  “Ik zie alles nu anders” zeggen we dan of “Wie ben ik nu?”. Het zicht op het leven is veranderd en daarmee is de vorming van het ik aan nieuwe invloeden blootgesteld, hetgeen soms een gevoel van grote eenzaamheid kan geven. Het eigen ik, onze vaste bondgenoot is er plotseling niet meer.

Een probleem van onze complexe samenleving is dat we veel en zo lang in bepaalde rollen worden gedwongen waardoor we ons van onszelf vervreemd voelen. “Op het werk kan ik mezelf niet zijn” is een veelgehoorde klacht. We compenseren dat met activiteiten of quality time waarin we ons dichter bij onszelf voelen. En dat brengt ons dan tenslotte toch bij die diepe filosofische vraag, bestaat het echte zelf? Voor dit korte betoog blijft die vraag alleen een opkomende gedachte en proberen we met ons minimalistische zelfbeeld (Waarnemen-Onthouden-Voelen) een leidraad te vormen voor deze moeilijke episodes in ons leven.

Een voordeel van de eenvoudige beschrijving is dat we het gevoel onszelf kwijt te zijn beter kunnen begrijpen. Wanneer we dingen tegen onze zin doen bijvoorbeeld. Tegen je zin betekent tegen je gezichtspunt in, tegen je overtuigingen in. Dat werkt vervreemdend. Je kan dan twee kanten op. je kan je bezigheden onveranderd laten en proberen je gezichtspunt aan te passen, of je kan  iets anders gaan doen dat beter past bij je huidige ik. En natuurlijk zal het in de praktijk een beetje van beiden worden tussen deze twee uitersten in.

We zijn ons niet altijd bewust dat ons ik soms het gevoel uit het verleden probeert te handhaven hetgeen  continuïteit en veiligheid geeft. Soms echter zal het ik nieuwe rollen of identiteiten aannemen, hetgeen ons gevoel van vooruitgang en ontwikkeling geeft. Dat laatste zien we bijvoorbeeld sterk in de puberteit. De puber probeert nieuwe vormen van gedrag en de ouders reageren met het gevoel, “Ik ken mijn eigen kind niet meer”. Het zal van de omstandigheden afhangen welke richting het ik gaat. Vaak kiest het lichaam onbewust een oplossing en hakt de knoop voor je door. Door je deze onbewuste processen bewust te worden krijg je meer inzicht en begrip over jezelf, en over anderen.

Zoals we weten uit de ontwikkelingspsychologie wordt het ik voor een groot deel gevormd door het contact met anderen. Vanaf onze vroege kindertijd stimuleren anderen ons om het waarnemingspunt beweeglijk te houden, waarmee ook een beweeglijk ik ontstaat. Ons ik kan zich dan tijdelijk aanpassen en een rol spelen die bij de omstandigheden past, zonder ons het gevoel te geven dat we onszelf in die rol verliezen of ons als iemand anders gaan voelen.

Ik hoop je geholpen te hebben de ontwikkeling van het ik te zien als een natuurlijke spontane reactie op je omgeving, vaak geheel onbewust maar evengoed een proces waaraan je actief kunt deelnemen. Na meer dan tweeduizend jaar filosofie weten we nog steeds niet of er een absoluut “echt ik” bestaat. Wel weten we dat het gevoel een echt ik te hebben,  en daardoor zichzelf kunnen zijn essentieel is. Ook weten we dat het de ik ontwikkeling nooit stilstaat en dat aanpassingen net zo veel gewicht in de schaal leggen als de continuïteit. Het ik is vooral van belang in de ontmoeting met de ander. Het is juist in die ontmoeting met de ander dat  we leren dat het ik zowel sterk als flexibel kan zijn. Elke ontmoeting kan in potentie de ik vorming wederzijds beïnvloeden. Het moment van maximale ik beleving  bestaat uit het ontmoeten van de ander in jezelf.

Klik hier voor commentaar of vragen…

Afbeelding. Ontmoeting, M.C. Escher.

 

Nuttige links: 

Escher

Laat een commentaar of vraag achter.